Praat met mij
Praat met mij.
In de nieuwe roman van de Amerikaanse schrijver T.C. Boyle, Praat met mij , kent chimpansee Sam honderd verschillende gebaren om zijn wensen duidelijk te maken. PIZZA, CHEESEBURGER en BED kan hij moeiteloos benoemen. Maar gaat zijn bewustzijn verder dan die eerste -belangrijke- levensbehoeften?
Iedereen die -zoals ik- zijn leven deelt met een huisdier, vraagt zich weleens af wat de hond of kat nu werkelijk begrijpt. In Praat met mij heeft de jonge, ambitieuze wetenschapper Guy Schermerhorn een onderzoeksproject opgezet om die vraag -wat primaten betreft- te beantwoorden.
Chimpansee Sam is vanaf zijn geboorte volledig als mens opgevoed. Hij heeft geen kennis van kooien, geen besef van zijn eigen soort. Hij draagt luiers en poloshirtjes met afgeknipte mouwen en zijn verzorgers lezen hem voor uit de kinderboeken van Dr. Seuss. Het onderzoeksteam hoopt met dit cross-fostering project inzicht te krijgen in het gedachteleven van primaten.
Pedagogie-studente Aimee meldt zich, nadat ze de chimpansee in een tv-show heeft gezien, als vrijwilliger bij het project. Vanaf hun eerste ontmoeting hebben Sam en de schuchtere Aimee een innige band.
“Het was intens. Het meest intense moment van haar leven, elektrisch geladen, alsof je een stekker in een stopcontact steekt. Opeens had ze een beest dat ze helemaal niet kende, een wild beest, slecht één generatie verwijderd van de West-Afrikaanse jungle, en plotseling was het -was hij- van haar. Of zij van hem.”
Voor onderzoeker Guy Schermerhorn komt Aimee precies op tijd. Sinds het vertrek van zijn vrouw, die de vaste verzorger van Sam was, lijkt alles aan het project een nachtmerrie. De chimpansee, die steeds groter en sterker wordt, misdraagt zich. Hij ontsnapt voortdurend, is alleen op zijn eigen voordeel uit en bijt verzorgster Elise zó hard in haar wang dat de wond gehecht moet worden. Met de komst van Aimee keert de rust terug op de ranch, die speciaal voor Sam en zijn taaltrainingen is ingericht.
Wanneer, in een wetenschappelijke publicatie, de taalstudie met primaten wordt afgedaan als een modegril, als wensdenken, wordt de financiering van het project abrupt stopgezet. Sam moet terug naar de fokkerij van onderzoeksdieren. Zijjn eigenaar, professor Donald Moncrief, is al langer van mening dat de taalstudies bedrog zijn. Bij een bezoek aan het project ondervroeg hij Sam dan ook spottend.
‘Sam,’ zei hij, zijn stem bits en dwingend, ‘ben jij een bedrieger? Weet je iets over de dood? Over geschiedenis? Over DNA en erfelijkheid? Weet jij waarom jij hier de gevangene bent en wij niet?’ ‘Praat met mij, Sam,’ zei hij. ‘Kom op, Sam, praat met mij.’
Sam komt, met andere chimpansees, in een kooi terecht. Ze worden hardhandig in het gareel gehouden. Sam ervaart, voor het eerst in zijn leven, PIJN en BANG.
De liefde van Aimee voor Sam is onvoorwaardelijk. Ze reist hem achterna, bemachtigt een baantje in de stinkende apenverblijven en gaat er met Sam vandoor zodra de kans zich voordoet.
Opnieuw toont T.C. Boyle zich een meesterverteller. Hij schrijft beeldend en met veel dialogen. Voor taalliefhebbers -en welke lezer is dat niet?- is het fascinerend hoe chimpansee Sam gebruik maakt van taal en woorden.
De personages in de verhalen van T.C. Boyle zijn dikwijls grenzeloos in het naleven van hun overtuigingen en voorkeuren. Dat was bijvoorbeeld het geval bij Norm, de oprichter van de hippiecommune in de roman Verloren Nachten (2003), en ook bij de gedreven, non-conformistische architect in De Vrouwen (2009), de roman die Boyle schreef over de wereldberoemde Frank Lloyd Wright.
In Praat met mij is het de jonge studente Aimee, oppasser van chimpansee Sam,die tot het uiterste gaat om haar grote liefde te beschermen. Die grenzeloosheid -vaak op het genadeloze af- stemt tot nadenken; Wat heb je over voor je overtuigingen? Hoe vér ga je als je om iemand geeft? Ook als dat een dier is? En voelen dieren oprechte affectie voor hun verzorgers? Of is het hen, zoals professor Donald Moncrief in Praat met mij beweert, slecht om ‘het lekkers’ te doen?
De hoofdstukken waarin Boyle de wereld beschrijft vanuit het perspectief van de chimpansee vind ik ronduit geniaal. Sam neemt de wereld waar op een heel basaal niveau; zien, voelen, vertrouwd en onbekend. De woorden die hij leerde tijdens de taaltrainingen worden met hoofdletters geschreven. BED, BANG, KOUD. Mogelijk geven deze gedeelten uit het boek ook antwoord op mijn vraag: ‘Hoe ziet mijn hond de wereld?’ Maar dit terzijde.
T.C. Boyle verpakt al deze boeiende onderwerpen en vragen in een pakkend verhaal, dat gaandeweg verandert in een spannende roadmovie. En dat maakt Praat met mij tot een absolute aanrader. Of, om met Sam te spreken, : ‘LEES LEES LEES’ .
Praat met mij is geschreven door T.C. Boyle en wordt uitgegeven door Meridiaan Uitgevers. De vertaling is van Kees Mollema en de prachtige! omslag is ontworpen door Nanja Toebak en Peter Hassiepen.
Over de schrijver: T.Coraghessan Boyle (1948) behoort tot de huidige generatie grote Amerikaanse schrijvers. Hij schreef veertien romans en tien korte verhalenbundels die met vele prijzen werden bekroond. Zijn werk is in vele talen vertaald, waaronder in het Nederlands.
Nog meer lezen over boeken? Lees dan mijn bericht over De Stotteraar van Charles Lewinsky. Of lees met hoeveel plezier ik de boeken van Jane Gardam heb gelezen.
Veel leesplezier en blijf vooral gezond!